Bij de introductie van de stilteretraite in Dechen Chöling (Frankrijk), enkele jaren geleden, adviseerde een van de leraren de aanwezigen vooral alle vormen van entertainment te vermijden. Zoals geen gebruik maken van je iPhone of laptop, niet naar huis of buitenshuis telefoneren, geen boeken lezen die over iets anders gaan dan Boeddhisme, niet praten met elkaar over iets anders dan we te doen staan tijdens de Boeddhistische stiltetraite, geen muziek luisteren tijdens, voor of na de dagelijkse meditaties van een week. Geen alcohol en geen verdovende medicatie – de hele week zonder.
Geen entertainment ofwel afleiding, zo was het advies. Nog vaak na de retraites probeerde ik me daaraan te houden tijdens mijn dagelijkse meditaties. Ik begreep niet dat met afleiding of entertainment meer werd bedoeld dan bovenstaande onderwerpen. Nu pas zie ik in dat entertainment tijdens mediatiesessies meer kan inhouden. Na jaren mediteren zie ik in dat alles wat in mijn gedachten komt kan afleiden van wat ik werkelijk met meditatie wil ondergaan en helder wil zien.
Wil ik duidelijk hebben waar mijn gedrag (verdriet, woede, twijfel, et cetera) oorspronkelijk vandaan komt, dan dien ik mij louter en alleen te richten op mijn doel, bijvoorbeeld via mijn ademhaling of een punt op de muur dan wel iets op mijn lichaam. Zoiets vermoed ik. Mogelijk is het persoonlijk. In ieder geval merk ik dat zodra ik afdwaal mijn focus verlies en bijna al het meditatieve werk verloren gaat. Zolang mijn focus en concentratie in tact blijven, hoop ik dichter bij de oorsprong van mijn gedrag te komen. Dat is althans mijn gevoel. En dat is harder werken dan ik vermoedde. Een ander ziet of voelt het misschien anders. Wie weet?
Dat wil niet zeggen dat ik niet gestoord wil worden tijdens mijn meditaties. Stilte is niet heilig, is mij verteld. Geluiden van buiten mogen best binnendringen. Een indringer mag van mij binnenkomen als ik op mijn kussen zit. Dat schijnt er nu eenmaal bij te mogen horen. Al die geluiden horen bij mijn beleving van dat moment; het is maar net hoe ik daar mee omga. Zolang ik maar mijn focus weet te handhaven en me niet van de wijs laat brengen door onverwachte geluiden en een andere weg insla. Mocht dat toch gebeuren, dan zie of voel ik dat als een gelegenheid om te contempleren (of mediteren) over waarom ik die nieuwe weg ben ingeslagen. Als een vlucht misschien?
Die vluchtweg heeft veel weg van de afleiding (of entertainment) die mij tegemoet komt als de meditatieve oefeningen te veel worden. Zoals min of meer voorspeld door de leraar destijds in Dechen Chöling. Zolang ik me blijf concentreren op de Boeddhistische leefwijze (via meditatie en Boeddhistische boeken) dringt ze sneller tot mij door. Zo vermoed ik – zeker wanneer je een stilteretraite van minimaal een week ondergaat zoals ik destijds.
Sinds ik door heb dat afleiding (of entertainment) meer behelst dan ik destijds vermoedde, voel en zie ik de verschillen tussen wat ik toen meende te begrijpen en wat ik nu merk. Het blijft een ingrijpende beoefening die me steeds verder brengt in mijn manier van mediteren. Weinig gaat nog verloren in mijn leven, houding en gedachtegangen. Ik word steeds opmerkzamer.
Mogelijk is dat het gevolg van de cursus Temmen van de geest bij Shambhala Amsterdam, waarin ik mij dit jaar heb gestort. Dankzij de leraren en de studies over de meditatiebeoefening word ik steeds opmerkzamer. Ik voel meer wanneer ik mijn adem volg, ik begrijp steeds beter waar het over kan gaan.
Wie weet ontdek ik bij de volgende cursussessie nog meer dan ik tot nu toe heb gedaan. Hoe mij te focussen, hoe om te gaan met invloeden van buiten en om te gaan met opdringerige afleidingen. Leven op boeddhistische wijze is moeilijker maar ook interessanter dan ik vermoedde.
Wanneer ik het boek De Mythe van Vrijheid, en het Pad van Meditatie van Shambhala-oprichter Chögyam Trungpa Rinpoche ter hand neem, lees ik: ‘Meditatie is een dus een manier om de neuroses van onze geest los te woelen en te gebruiken als onderdeel van onze beoefening (…) Tijdens de meditatiebeoefening moeten we noch onze geest te strak in toom houden, noch volledig zijn gang laten gaan. Als we de geest proberen te beheersen, zal zijn energie op ons terugslaan’.
Ik lees deze passages waarschijnlijk voor de vijfde maal – of nog meer. Maar nog altijd zet ik vraagtekens bij de ‘juiste’ manier van mediteren. Doorgaan dus met de beoefening en hopen dat eens het antwoord komt. Met of zonder afleiding.